Het werk op een intensive care is onvoorspelbaar. Je weet nooit precies wat er gaat gebeuren. Wat een vrij rustige dienst leek te zijn sloeg in een keer om in een spoedsituatie.
Het is bijna het einde van mijn dienst. Ik heb net mijn rapportage geschreven en sta op het punt om het patiëntje waar ik voor zorg zijn voeding te geven. Ik praat wat met de moeder die naast het bed zit. Op de andere unit is wat onrust. Ik hoor mijn collega mijn naam roepen. De manier waarop ze roept zorgt ervoor dat ik direct alert ben. Ik laat figuurlijk alles uit mijn handen vallen en zeg tegen moeder dat ik zo terug ben.
Ik loop naar mijn collega en krijg de vraag of ik NU mee kan naar de opvang van een extreem prematuur. Het is snel schakelen, maar gelukkig zijn we goed op elkaar ingespeeld. Één collega zegt direct dat ze mijn patiënten overneemt en een andere collega komt al met de transporttas aangelopen. Op naar de opvangkamer.
Onderweg kreeg ik de enige info die de neonatoloog telefonisch heeft gekregen: er wordt nu met spoed een vrouw binnen gebracht die persdrang heeft bij een zwangerschapstermijn van 24 weken. De opvangkamer maken we snel gereed. Door de adrenaline trillen mijn handen, maar dit ben ik inmiddels van mezelf gewend en binnen no time liggen alle spullen klaar. Ondertussen heeft de neonatoloog kort met de ouders gesproken. We bespreken de procedure en verdelen alle taken.
De deur staat op een kier en dan wordt er geroepen: “start de klok”. Wat betekent dat de baby is geboren. Vlak daarna komt de gynaecoloog eraan en wordt er een klein mensje op de tafel gelegd. Alles erop en eraan, maar zo klein en kwetsbaar. En zo stil… We doen alles wat er in onze macht is, maar er is en komt geen hartslag.
Schuin achter mij staat de vader. Als het besluit is gevallen om te stoppen kijk ik hem pas goed aan. Wat zal er nu door hem heen gaan? Een aantal uur geleden was er nog niets aan de hand en nu staat hij hier, vol ongeloof. We wikkelen zijn zoontje in een doek. Daarna begeleidt de obstetrie verpleegkundige vader en zoon terug naar moeder.
En dan gaat de deur weer dicht en is het oorverdovend stil in de kamer. Daar sta je dan tussen een chaos van materiaal. We bespreken de opvang na. Hierna gaan we terug naar onze eigen afdeling. Het voelt raar om de opvangkamer weer uit te lopen. Zo had het niet moeten zijn. We hadden met een “volle” transportcouveuse de kamer moeten verlaten.
Als ik terug de IC neonatologie oploop hoef ik alleen maar nee te schudden, mijn collega’s weten hiermee genoeg. En dan komt de kracht van ons team weer naar boven. Je staat er hier nooit alleen voor. Collega’s vragen hoe het gegaan is, hoe het met mij gaat en of ik wel met een oké gevoel naar huis ga. We maken samen mooie momenten mee, maar ook dit soort verdrietige momenten worden gedeeld. Het werken op een IC is echt teamwerk. Vaak met een lach en soms, zoals vandaag, met een traan.
Nicky is een gedreven intensive care neonatologie verpleegkundige. Dagelijks zorgt zij samen met haar collega’s in Amsterdam UMC voor de allerkleinste en meest kwetsbare patiëntjes. Nieuwsgierig? Op het Instagram account @babiesaandeamstel geeft zij, samen met haar collega’s, een kijkje achter de deuren van hun mooie maar ook indrukwekkende afdeling.
Heeft deze blog jou geïnspireerd en wil jij ook werken op de IC-neonatologie afdeling? Bekijk dan snel hier onze vacatures!