Wie?
“Ik ben opgegroeid als oer-Hollandse boerenjongen.” Maak kennis met Paul, anesthesioloog-intensivist, horecaondernemer én muzikant. Een echte duizendpoot dus. Aan een gezonde dosis werkethos schort het dan ook niet. Allemaal opgedaan op het boerenland in Groningen.
Toen de in Sri Lanka geboren Paul drie maanden oud was, werd hij geadopteerd door een Nederlands gezin en verhuisde hij naar Boerakker. “Uit school je overall en klompen aan en werken bij de boer verderop, van kinds af aan weet ik wat werken is. Koeien melken, op de tractor rijden, een mooie tijd!” Het was dan ook even slikken toen zijn vader, bioloog, een nieuwe baan kreeg en hij als tiener naar Leeuwarden verhuisde. “Maar het stadse leven wende snel gelukkig. Inmiddels ben ik een echt stadsmens.” Na de middelbare school studeerde hij een jaartje Geneeskunde in Antwerpen. “Want uitgeloot in Nederland. Het jaar daarop wist ik een plek te bemachtigen aan de geneeskundeopleiding van de UvA en sindsdien is Amsterdam mijn thuishaven.” Tijdens zijn studie werkte hij ook nog veel in de horeca. Onder andere bij het Jordanese café de Blaffende Vis, onder Amsterdammers bekend van de Koningsdag-installaties. “Een beetje leren koken onder supervisie van echte koks. Wat een mooi beroep.” Na een specialisatie in Anesthesie en een opleiding tot intensivist drukte Paul even op de pauzeknop en reisde hij met zijn vrouw en zoons van twee en vier een halfjaar lang met een camper door Australië en Nieuw-Zeeland. “Een van de meest waardevolle periodes uit mijn leven. Je kunt wel de hele tijd blijven doordenderen, maar door je leven van een afstandje te bekijken, je even niet meer te laten leiden door de waan van de dag, krijg je juist weer wat meer grip op je leven.” Eenmaal terug in Amsterdam ging hij aan de slag bij UMC Utrecht en maakte hij nog een uitstapje naar het Sint Vincentius ziekenhuis in Paramaribo, Suriname. Want het avontuur schuwt hij niet. Inmiddels werkt hij al vijf jaar in Amsterdam UMC, als anesthesioloog-intensivist.
Specialiteit?
“Binnen Amsterdam UMC werk ik in twee specialismen: de anesthesiologie en intensive care. Met cardiothoracale ingrepen - aandoeningen aan en in het hart, de longen, de grote bloedvaten in de borstholte en de borstwand - en ECMO (Extra Corporale Membraan Oxygenatie, red.) als speciale aandachtsgebieden. Mijn taak als anesthesioloog is om patiënten zo comfortabel en veilig mogelijk door de ingreep te leiden. Als intensivist behandel ik patiënten die ernstig ziek zijn of die extra aandacht en zorg nodig hebben, bijvoorbeeld na een operatie.
Het werk als anesthesioloog kenmerkt zich door korte patiëntcontacten op een voor de patiënt heel spannend moment, vlak voor de operatie. Iemand in een hele korte tijd op zijn of haar gemak proberen te stellen is een mooie uitdaging en nooit hetzelfde. Op de Intensive care daarentegen bouw je vaak een langduriger en intensiever contact op met patiënt en familie, omdat de zorg op deze afdeling vaak heel intensief is en gepaard gaat met meerdere medische handelingen.
Verder maak ik deel uit van het ECMO-team, het multidisciplinaire team rond de ECMO, het apparaat dat bij acuut slecht functioneren van hart en/of longen de functies tijdelijk overneemt. Je moet dan denken aan patiënten die met spoed behandeld moeten worden omdat ze anders komen te overlijden. Bijvoorbeeld na een heel erg groot hartinfarct, een longembolie of bijvoorbeeld na een hele complexe hartoperatie. De behandeling is een voorbeeld van hoog-complexe zorg waarbij er intensieve samenwerking is tussen afdelingen als de Intensive care, Cardiologie, Perfusie, Longgeneeskunde en Cardiothoracale chirurgie. In 2019 heeft het ECMO-team nog de Profielprijs gewonnen, omdat er zoveel disciplines bij betrokken zijn, maar we toch als één team opereren. Erkenning voor een mooie club collega’s.”
Een stampvolle agenda, zou je zeggen. Toch was Paul tot eind 2021 óók nog de trotse mede-eigenaar van bistro Dok du Nord. “Een fijne plek aan het IJ in Amsterdam-Noord, mijn eigen buurtje, waar ik enkele avonden in de week, soms na mijn shifts in Amsterdam UMC, in de bediening of de keuken stond. Het restaurant was helaas niet opgewassen tegen de pandemie. In december 2021 moesten we de deuren sluiten.”
Meest trots?
“De rode draad in al mijn werkzaamheden? Teamwork. Of ik nu op de OK sta of in een restaurant aan het werk ben, ik haal er energie uit om mensen enthousiast te houden en met z’n allen iets voor elkaar te boksen. Door de pandemie verloor ik mijn restaurant maar tegelijkertijd heb ik toen meer dan ooit ervaren hoe het is om samen de schouders eronder te zetten. De IC was hét front van de pandemie. Best zwaar, maar samen konden we echt iets betekenen in deze crisis. Die samenwerking ging niet zonder slag of stoot, want er lag zoveel druk op alles wat we deden. En iedereen was moe en ook wel een beetje angstig misschien. Maar dat gemeenschappelijke doel heeft toch ook weer tot verbondenheid geleid tussen artsen, verpleegkundigen maar ook andere bereidwillige hulptroepen uit het hele huis. Een bizarre tijd. Dat ik daar deel van heb mogen uitmaken, daar ben ik toch wel het meest trots op.”
Amsterdam UMC gaat voor divers en inclusief. Waar liggen kansen?
“Mijn kinderen vinden de Gay Pride maar vreemd. Want homoseksualiteit is toch gewoon iets normaals? Waarom wordt er dan tóch zoveel nadruk op gelegd? Dat vinden ze niet rijmen. Mooi wel. Dat wil je natuurlijk ook bereiken met een begrip als diversiteit. De normalisering daarvan. Dat het bij diversiteit niet langer gaat over minderheden die de uitzondering zijn, omdat er geen dominante, witte, cultuur meer bestaat. Maar om dat te doorbreken zal je wel eerst méér aandacht voor etnische diversiteit moeten hebben. Bijvoorbeeld door personeelsbeleid dat gericht is op verkleuring van de organisatie, zodat we vanzelf voorbij die etnische lens leren kijken. Denk aan anoniem solliciteren. Iets wat ze bij Google al een geruime tijd doen. Discriminatie op de arbeidsmarkt richting mensen met een migratieachtergrond gebeurt vaak onbewust. Dat sluit je op deze manier uit. Misschien zorgt anoniem solliciteren er bij ons ook wel voor dat de werkvloer een betere afspiegeling van de samenleving wordt. Je geeft er als organisatie in ieder geval mee aan dat je niet naar afkomst maar naar kwaliteiten kijkt. Dat lijkt me een mooie boodschap.”
Buiten werktijd?
“Koken, bijvoorbeeld met mijn vrouw en kinderen, vind ik heerlijk. Maar ik ga ook graag zeilen met vrienden. Echte ontspanning vind ik in het maken van muziek. Creativiteit en interactie door middel van intuïtie. Ook buiten werktijd hou ik van activiteiten waar iedereen een taak heeft en alles draait om samenwerking. Teamwork komt geloof ik toch wel terug in alles wat ik doe.”
Heb je nog vragen aan Paul of wil je meer weten over diversiteit & inclusie binnen Amsterdam UMC. Mail dan naar diversiteit@amsterdamumc.nl
Tekst: Sophie Verschoor