De HCK, oftewel: de hartcatheterisatiekamer, is een diverse wereld waar geplande en acute zorg zich afwisselen en ik me bezighoud met veel verschillende procedures: catherisaties, devices (pacemakers, ICD-implantaties), ablaties, hartkleppen en zo kan ik nog even doorgaan.
Omdat er ook sprake is van acute zorg heb ik als verpleegkundige op de HCK bereikbaarheidsdiensten. Als de dagdienst is afgelopen ga ik naar huis en daarna ben ik bereikbaar voor spoedgevallen. Dat betekent dat ik ook dienst heb buiten kantooruren. Doordeweeks zijn dat 12-uurs diensten en in het weekend ben ik 24 uur bereikbaar. Binnen 30 minuten, nadat ik gebeld word voor een spoedgeval, moet ik in het ziekenhuis aanwezig zijn om patiënten te helpen.
En welke spoedgevallen dit kunnen zijn? Denk aan een acuut hartinfarct (STEMI), het inbrengen van een tijdelijke pacemakerdraad of een ballonpomp (Impella).
Mijn eerste dienst. Die weet ik nog heel goed. Ik vond het erg spannend om thuis af te wachten of ik gebeld zou worden. Kan ik wel slapen met een telefoon naast mijn bed? En hoor ik de telefoon eigenlijk wel als hij gaat? Deze vragen spookten door mijn hoofd. Drie keer testen of het geluid hard genoeg staat, vaak wakker worden, tien keer mijn telefoon checken. Geen bericht. Je kunt je voorstellen, het was geen ontspannen nacht. Uiteindelijk ben ik niet opgeroepen, wat tóch een beetje jammer was, want dit betekent dat ik dit moment nog een keer zou gaan beleven.
De tweede nacht had ik nauwelijks tijd om te checken of alles goed stond. Ik lag nog geen vijf minuten in bed toen de telefoon ging. Ik schrok en mijn hart klopte in mijn keel. “Je moet naar het ziekenhuis komen voor een STEMI. De patiënt is al onderweg,” klinkt het. Verder krijg ik geen informatie. Ik moet gewoon komen, punt! “Oké, ik kom eraan!” zeg ik. Ik pak het setje ‘makkelijke’ kleding dat ik al had klaargelegd en ik kleed me aan. Als ik beneden kom, komt mijn hond Filou kwispelend op me af. “Gezellig, daar is ze weer!” denkt zij en kijkt beteuterd als ik mijn spullen pak en wegga.
Onderweg flitsen alle scenario’s door mijn hoofd. Is de patiënt stabiel? Of komt er iemand in diepe shock binnen, misschien al wel reanimerend? Ik voel de spanning en stiekem rijd ik ietsje harder want ik wil er graag snel zijn.
Op de HCK maak ik alles klaar voor de procedure: röntgen aan, CCU (Cardiac Care Unit) bellen dat ik er ben, checken of de order voor de PCI is gemaakt en de steriele tafel klaarzetten. Ondertussen komt de interventiecardioloog binnen en nog geen vijf minuten later ook mijn collega met wie ik de dienst heb. Het team is compleet en de patiënt kan komen.
Als de patiënt binnenkomt met de ambulance is deze goed aanspreekbaar. Er valt een kleine last van mij af: de patiënt is stabiel en we kunnen de procedure rustig opstarten. Als team zijn we volledig op elkaar ingespeeld. Binnen dertig minuten is de patiënt geholpen: pijnvrij en met een goede conditie verlaat hij de HCK. Wij zijn blij met het resultaat! Maar, ik ga door: opruimen, schoonmaken en spullen klaarzetten voor de volgende procedure.
En dan snel terug naar bed proberen weer te gaan slapen want je weet maar nooit of die telefoon nog een keer gaat…
Spreekt het verhaal van Desirée je aan en wil je meer weten?